De grote stilte

Ik was er zo trots op. Elke zaterdag had ik een blogpost klaar. Elke week wist ik iets om over te schrijven. Soms schreef ik vooruit, en kwamen mijn woorden pas weken later op het internet, soms moest ik twee dagen voor publicatie nog gauw iets op (digitaal) papier zetten.

Het ging ook goed toen ik ging verhuizen. Zelfs op de verhuisdag zelf verscheen er een nieuw bericht. Ik had ze voor de hele maand augustus van te voren ingepland, dus ik hoefde er een paar weken niet aan te denken. Pas eind augustus hoefde ik weer aan mijn blog te denken.

Maar het uitpakken ging niet zo geweldig. Ik raakte in iets dat ik bij gebrek aan een beter woord een autistische burnout noemde. Daar schreef ik nog wel gewoon een blog over. Wellicht zal ik hem binnenkort alsnog online zetten.

Ondanks mijn slechte mentale toestand wist ik dat ik begin september gewoon weer online zou zijn. Ik had nog nooit een zaterdag overgeslagen! Maar ik liet het wel op het laatste moment aankomen. En toen moest ik op vrijdag ineens naar het ziekenhuis. Mijn symptomen klonken aan de telefoon erg genoeg om meteen in actie te komen. Dus toen ik weer thuis was na dat hele verhaal (waar ik óók een blog over geschreven heb), liet ik de boel gewoon de boel. Er verscheen voor het eerst sinds ik begonnen was, geen blog.

En toen was ik vrij. Ik had geen blog geplaatst. Niemand vroeg me waarom niet. Niemand leek mijn woorden te missen. Ik hield op met schrijven. Het was heerlijk, even helemaal niet nadenken over hoe ik mijn eigen leven wilde verwoorden voor buitenstaanders. Het is toch altijd een precaire zaak tussen te persoonlijk woorden en niet genoeg informatie geven. Ik weet niet of ik altijd de juiste keuze maak, misschien zeg ik ook wel eens dingen die ik beter privé had kunnen houden. Een blog moet geen dagboek worden.

Uiteindelijk was er wel een lezer die me miste. Uiteindelijk kwam het verlangen om woorden te schrijven weer terug.

Dus vandaag een korte update. Ik heb allang geen last meer van die autistische burnout. Ik durf zelfs te zeggen dat ik gelukkiger dan ooit ben.


Dat ziekenhuisbezoek stond niet op zichzelf. Er volgden maandenlange medische pijnlijke ellende, maar nu, half januari ben ik weer helemaal gezond. Ik ga hier met terugwerkende kracht alsnog over bloggen, maar dan weet je alvast dat alles goed afloopt.

Mijn huis is nog niet af, maar wel steeds affer. Ik merk dat het nu, een paar maanden na de verhuizing ineens allemaal wél weer lukt. Dozen worden alsnog uitgepakt en de laatste spullen vinden een permanente plaats.

Net als andere jaren heb ik in november een lang verhaal geschreven. Het is nog niet af, en vordert maar heel langzaam, maar het is voor het eerst dat ik over mijn eigen werk denk: hé, misschien is dit wel goed. Misschien kan dit (na duizend revisies) wel ooit een echt boek worden.

Lieve bloglezers, ik heb jullie genoeg te vertellen. Over de afgelopen maanden, en in de maanden die nu volgen zullen de onderwerpen zich ook wel weer aandienen. Ik ben er weer. Ik ga niet opnieuw beloven dat ik elke zaterdag met iets nieuws kom. Misschien gun ik mezelf wel wat meer rust, en kom ik af en toe eens in de twee of drie weken. Ik weet het nog niet. Op dit moment laat ik de dingen even op hun beloop. Maar het is fijn om weer terug te zijn.